Van 100 naar 200 arbeidsongevallen. Relatie tussen veiligheidsleiderschap, risicoanalyse en veilig gedrag - Deel 3 | Jan Dillen | 9789046612613
€45.00 (incl. BTW)
Recent bij Maklu verschenen
Auteur: Jan Dillen ISBN: 9789046612613 2024 - 362 pagina's In deze korte periode van menselijk leven tussen geboorte en sterven kunnen we het slachtoffer zijn van een (arbeids)ongeval of een ziekte. Dat is de menselijke conditie en daar moeten we – binnen bepaalde grenzen – het beste van maken. Dit wil zeggen dat we alle redelijke maatregelen moeten nemen om arbeidsongevallen te voorkomen. ‘Redelijke’ preventiemaatregelen wil zeggen dat er jammer genoeg ook vele ‘onredelijke’ maatregelen zijn. Onredelijke maatregelen hebben een gebrek aan redelijkheid. Het kan zijn dat deze maatregelen buitenproportioneel zijn dan wel gebaseerd op foutieve uitgangspunten. Foutieve uitgangspunten in de veiligheidskunde zijn bijvoorbeeld: ‘elk arbeidsongeval is te voorkomen’, ‘veiligheid komt op de eerste plaats’, ‘iedereen moet toch veilig kunnen thuiskomen’, ‘een modern veiligheidsmanagement is gebaseerd op de minimale naleving van de wetgeving’, ‘de risicobeoordeling is de basis van een modern veiligheidsmanagement’, enz. Iedereen weet wel dat deze onredelijke uitgangspunten een vorm van misfocus zijn die aanwezig is bij sommige preventieadviseurs. Deze onredelijke uitgangspunten hebben als nadelig gevolg dat er een exponentiële toename is van veiligheidsactiviteiten die geen van de in het boek beschreven ongevallen zouden hebben voorkomen. Preventiemaatregelen die worden genomen zonder dat ze arbeidsongevallen voorkomen, zijn dan ook eerder onredelijk dan redelijk. Er kunnen wel verklaringen worden gegeven waarom onredelijke maatregelen in voege zijn, maar deze maatregelen blijven onredelijk. Dit nieuwe boek bespreekt dus niet de verouderde visie op veilig werken waar gekeken wordt naar de gebeurde ongevallen en/of incidenten. Een andere en modernere visie is om te kijken naar wat goed gaat: de redenen waarom ongevallen niet gebeuren of niet gebeurden. Dit doe ik aan de hand van 100 werkelijk gebeurde ongevallen. Het gebruik van deze cases, met de toepassing van de wet- en regelgeving op het ongeval, laat toe aan de preventieadviseur om een betere kennis te verwerven van deze complexe wet- en regelgeving. De persoonlijke bespreking die ik geef van het ongeval, blijft een persoonlijke visie die eveneens – zoals mijn kritiek op de traditionele en bureaucratische veiligheid – vatbaar is voor kritiek. En daar is niets mis mee.